Meer over Wilde Dagga
In Zuid-Afrika is dagga de gebruikelijke naam voor cannabis. Het werd voor het eerst geregistreerd rond 1670 en het is het Khoekhoe-taalwoord voor hennep en voor de Leonotis-soort. Wild Dagga wordt traditioneel in de volksgeneeskunde gebruikt als een natuurlijk anxiolyticum. In de traditionele Afrikaanse geneeskunde gebruiken ze het voor allerlei hartproblemen, tegen het gewone goud en koorts, hoofdpijn of zelfs malaria.
Voor velen is het een legaal alternatief voor marihuana. Bij het roken van Wild Dagga worden vergelijkbare effecten gemeld. Milde euforie, gegiechel, veranderde perceptie en dergelijke. Mensen mengen het graag in kruidenrookmelanges.
Botanische beschrijving van Wild Dagga
Wild Dagga (Leonotis leonurus) of Lion's Tail is een hoge, struikachtige Zuid-Afrikaanse plant van de Lamiaceae (Muntfamilie) met diepgroen blad dat zich na de bloei uitstrekt tot lange stroken. Vooral opvallend door zijn vurig oranje, gevederde bloempluimen die bloeien in aren of ballen, afhankelijk van de soort (bijv. L. leonurus vs. L. nepetefolia). De zeer nauw verwante L. nepetefolia heeft vergelijkbare morfologische en entheogene eigenschappen en lijkt erg op elkaar. L. leonurus wordt echter gewoonlijk "Leeuwenstaart" genoemd vanwege zijn gevederde gladiolenachtige puntige bloemen, terwijl L. nepetofolia gewoonlijk "Leeuwenoor" wordt genoemd vanwege zijn harige bolvormige bloemenbundel. De geur van het blad is erg muntachtig en moet in afsluitbare, gesloten containers worden bewaard, omdat het aroma nogal scherp is.
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.